Henk werd geboren op 7 december 1941 in Utrecht. Zijn ouders waren Hendrikus Willebrordus Jongerius en Sophia Elisabeth van Don. Ze kregen vier zoons: Piet, Jan, Henk en Thoon. Henk kreeg de doopnamen van zijn vader mee, die kleermaker was. Hij speelde al jong met de gedachte om priester te worden, maar dan wel in een gemeenschap.
Hij kwam bij de dominicanen terecht als interne leerling op het St. Dominicuscollege in Neerbosch in de periode 1953 - 1959. Op 17 september 1959 trad hij in bij de dominicanen. Na zijn noviciaat legde hij op 18 september 1960 zijn tijdelijke geloften af. Voor drie jaar ging hij filosofie studeren in het klooster te Zwolle en na zijn plechtige professie op 18 september 1963 theologie in het Albertinumklooster in Nijmegen.
Op 11 juli 1966 werd hij priester gewijd.
't Dackhues
Op 24 augustus 1967 werd hij geassigneerd in het klooster in Huissen en zou daar nooit meer weg gaan. Toen begon hij ook aan zijn studie dogmatiek aan de theologische faculteit van de Nijmeegse universiteit. Zijn doctoraal behaalde hij op 22 mei 1970.
Naast zijn studie werkte hij in het vormingscentrum van het Huissense klooster dat toen ’t Dackhues heette, en werd hij aangesteld als cantor.