Magister van de orde Gerard Timoner OP kwam uit Rome over naar Rotterdam, om de feestelijke opheffing van de Nederlandse provincie te bekrachtigen door het decreet tot opheffing voor te lezen. Tientallen broeders uit België en Nederland vierden hun samengaan.

(Magister Gerard Timoner OP| foto's op deze pagina: Ramon Mangold)

image

De Nederlandse provincie, die bestond sinds 1515, besloeg tot 1860 de lage landen. In de jaren vijftig en zestig was de Nederlandse provincie de grootste wereldwijd, met zo’n 600 leden. Nu gaan de Nederlandse broeders, 33 in getal, verder als vicariaat van de Belgische provincie.

image

Later op de dag kozen de Nederlandse broeders een nieuwe vicaris en twee raadsleden. Dat werden René Dinklo OP, die ‘s ochtends nog provinciaal was, en Stefan Mangnus OP en Michael-Dominique Magielse OP.

De provinciaal van België – en nu dus ook Nederland – Philippe Cochinaux OP, bekleedt die functie tot het kapittel van de Belgische provincie.

image

De Belgische provincie, vernoemd naar Sint Thomas van Aquino, is zelf ook een samenvoeging, van de Vlaamse en Waalse dominicanen. De Belgen hebben ingezet op internationalisering en hebben inmiddels Poolse, Vietnamese, Congolese en Indiase broeders opgenomen.

In zijn preek tijdens de eucharistieviering prees magister Gerard Timoner de ‘synodaliteit’, de gemeenschappelijke kracht van de fusie. Die was ook voelbaar bij de hartelijke en blije ontmoeting na het officiële moment van de ’transfiliatie’, het overgaan van de Nederlandse broeders naar de Belgische provincie.

image

Het aantal kloostergemeenschappen in Nederland (in Berg en Dal, Huissen, Rotterdam en Zwolle) is erg kwetsbaar geworden. Er is een proces gaande om de presentie in Nederland te concentreren in Rotterdam en van een aantal huizen afscheid te nemen.

image
image
image
image