BRIEF VAN BARTHOLOMÉ DE LAS CASAS AAN KAREL V, CA. 1528.
Zwarte bladzijden…
Na enkele jaren vond Las Casas meer gehoor bij Karel V en zijn Vlaamse hofhouding. Een van zijn voorstellen om de Indianen te redden, bezorgde hem later een slechte faam. De Indianen waren tegen de zware arbeid niet opgewassen en stierven vaak van uitputting. Las Casas stelde voor Afrikaanse slaven uit Spanje te importeren. Deze handel bestond al, maar hij rechtvaardigde en stimuleerde die.
Later drukte hij zijn diepe spijt uit over zijn vergissing. Er is geen verschil, schreef hij: Indianen noch zwarten worden als slaaf geboren. Hij wist niet zeker of die vergissing hem bij het Laatste Oordeel vergeven zal worden.
Vreedzame missionering
Karel V gaf na lang onderhandelen een groepje dominicanen en franciscanen de beschikking over een zeshonderd kilometer lang gebied langs de kust van Venezuela. Daar moest een compleet nieuwe vorm van kolonisering van start gaan: een conquista de paz.
Maar intussen waren er al Spaanse slavenhandelaren in het gebied aan het werk gegaan. En toen de missionarissen arriveerden, kwamen de Indianen tegen hen in opstand. Twee dominicanen werden vermoord. De Spanjaarden richtten vervolgens een ware slachtpartij onder de bevolking aan. Het missieproject werd in bloed gesmoord.
Een tweede bekering
Zwaar ontmoedigd reisde Bartolomé de las Casas naar Santo Domingo om in te treden bij de dominicanen. Hij was 38 jaar. Bijna tien jaar lang leidde hij een teruggetrokken leven, gericht op studeren en schrijven, onder meer de de Historia de las Indias. Vanaf 1530 ongeveer ging hij weer rondreizen, naar Mexico, Nicaragua, Guatemala, Venezuela, waarschijnlijk ook Peru, om op te komen voor de uitgebuite Indianen.
Na twintig jaar afwezigheid ging Las Casas weer naar Spanje. Hij wilde zich inspannen voor wettelijke verankering van een andere, menswaardige bejegening van de Indianen. Karel V vaardigde inderdaad nieuwe wetten uit, maar moest die door een niet te stuiten storm van protesten na goed twee jaar opschorten.
Zwarte legende
Las Casas invloedrijkste boek, eigenlijk meer een pamflet: is de Brevissima relación: ‘kort relaas van de verwoesting van de West-Indische landen’. De tekst schildert in felle kleuren het moorddadige wangedrag van de Spaanse veroveraars. ‘In de voorbije veertig jaar’, schreef hij, ‘zijn door de tirannieke en duivelse praktijken van de christenen meer dan twaalf miljoen zielen – mannen, vrouwen en kinderen – een onrechtmatige en gruwelijke dood gestorven’.
Pure laster, zeiden zijn tijdgenoten, maar we weten nu dat het inderdaad een volkerenmoord is geweest. Het pamflet is de geschiedenis ingegaan onder de naam ‘zwarte legende’: veel tegenstanders van Spanje zagen het als een bewijs van de wrede aard van het Spaanse volk.
Lastpost
Begin 1547 maakte Las Casas zijn laatste, veertiende overtocht over de oceaan, voorgoed terug naar Spanje. Hij was toen 63 jaar oud. Hij nam zijn intrek in het dominicanenklooster van Valladolid en bleef zich richten op het rekruteren en vormen van missionarissen en het verdedigen van de mensenrechten van de Indianen.
In 1566 stierf hij, op 82-jarige leeftijd, in Madrid. Een jaar vóór zijn dood zette hij in een soort testament acht stellingen op papier. Zijn laatste stelling luidt, vrij vertaald: ‘Alle natuurvolkeren hebben het volste recht oorlog te voeren tegen allen die onrechtmatig hun land binnenvallen en hen van de aardbodem weg te vegen. Dit recht behouden ze tot de dag van het Laatste Oordeel’.
Dit is de ingekorte versie van een artikel van B.J. De Clercq o.p., verschenen in het Vlaams-Nederlandse tijdschrift Dominicaans leven (2008/2).