Savonarola wordt vaak gezien als een van de voorlopers van de Hervorming in de zestiende eeuw, maar hij bleef trouw aan de rooms-katholieke geloofsleer, ondanks persoonlijke conflicten met de door en door corrupte paus Alexander VI.
Girolamo Savonarola werd geboren in Ferrara op 22 september 1452. Zijn grootvader was arts en hoopte dat zijn kleinzoon daar ook voor zou kiezen. Maar de introverte Girolamo was meer geïnteresseerd in de werken van Plato, Aristoteles, de Bijbel en Thomas van Aquino. Hij was streng voor zichzelf en voor anderen. Als twintigjarige schreef hij de Canzona de ruina mundi, waarin hij de rijken rovers noemde. Twee jaar later, in 1474, bekritiseerde hij de corrupte clerus in de Canzona de ruina Ecclesiae.
Dominicaan
In 1475 trad hij in bij het strenge dominicanenklooster van Bologna, de plek waar Dominicus begraven ligt. Hij bestudeerde Thomas van Aquino, de Apocalyps en de joodse profeten. Hij kreeg de overtuiging dat hij een taak had om mensen te mobiliseren tegen de invloed van de Renaissance.
Savonarola wilde terug naar ‘de leer en levenswijze van de apostelen’ en wilde ‘de stad Gods op aarde’ stichten. Hij ging terug naar Ferrara om zijn studie te voltooien, maar de communiteit moest de stad in 1482 verlaten. Savonarola werd naar Florence gestuurd.
Stadsstaat
Florence was een welvarende en voor die tijd grote stadstaat met zo’n tachtigduizend inwoners. De macht lag bij twaalf rijke handelsgilden die samenkwamen in het Palazzo Vecchio, onder leiding van Cosimo en later Piero de’ Medici.
De welvaart van Florence was gebaseerd op handel en industrie, niet meer op landcoöperaties zoals vroeger. Florence ontdekte technieken en voerde moderne diplomatie met ambassades en bondgenootschappen met andere stadstaten.