Voor haar volksvergaderingen of “ekklesia” selecteerden Griekse steden uitsluitend vrije burgers, niet de slaven. De gelovige ekklesia of “kerk” is ruimer : iedereen heeft er zijn plaats. Want leven vanuit vertrouwen in God en in Christus maakt mensen tot huisgenoten, zusters en broeders. Hier geen beeld van het ‘lichaam van Christus’ met boven- en ondergeschikte ledematen, met rangen of verdiensten. Indien je niettemin zal lijden aan die kerk wordt de vraag : hoe omgaan met onvolkomenheid ?