"Dat we übervroom zijn en heel streng in de leer. En dat kloosters hoge muren hebben en nonnen daar worden ‘opgeborgen’ en er zelden uit komen, dat we alleen maar tuinieren en bier brouwen of de hele dag gebeden prevelen terwijl we in habijt devoot door de gangen schrijden", zegt ze in het artikel.
Zwiggelaar is openhartig over haar leven, zo ook over de worstelingen als novice in een klooster. "Na een paar maanden, toen de nieuwigheid eraf was, volgde er een crisis. Ik vroeg me af: heb ik hier nu voor gekozen, is dit wat ik wil? Toch koos ik ervoor om door te bijten, omdat ik voelde dat dit mijn roeping was. God heeft mij hier neergezet, die overgave voelde ik sterk. Daardoor had ik veel wilskracht."