Deze ervaring heeft me toegestaan te begrijpen dat een blik zelden neutraal is. Sommige blikken verbazen ons, anderen jagen ons schrik aan, nog andere stellen ons gerust. Een enkele blik volstaat soms om ons op ons gemak of juist op ons ongemak te voelen. Op een gegeven moment in het leven boetseert de blik van de ander me, word ik erdoor gevormd. En dikwijls, wanneer deze blik me uit m’n evenwicht brengt, dan is het omdat ik angst heb geoordeeld te worden, onbegrepen te zijn, simpelweg onbemind. Te meer, door mijn blik, zal een vriend alle vriendschap voelen die ik hem toedraag, en in zijn ogen zal ik de gevoelens kennen die in zijn diepste wezen leven. Dit is waarschijnlijk wat de leerlingen hebben beleefd telkens wanneer Christus zijn blik liet rusten op een mens. Het is in de ogen van de ander dat wij de kracht naspeuren om de moeilijkste momenten aan te kunnen. In een eenvoudige oogopslag weet ik dat ik niet meer alleen ben. Iemand is er, houdt van me, en geeft me nieuwe moed. Het ware niet zo verbazingwekkend, deze kracht van de blik, indien ook niet zou blijken dat wij met onze ogen niet kunnen liegen. Alsof deze de spiegel vormen van onze ziel. Ze zeggen iets over ons. Daarom hou ik ervan in de blik van een geliefde persoon te duiken om opnieuw vertrouwen te vinden. Ja, een eenvoudige blik volstaat soms om zovele dingen te zeggen. Wonderlijke blik, die leven geeft. Wonderlijke blik, die even blijft stilstaan. Want de ogen zijn uiteindelijk een beetje zoals het geloof. In het leven zien wij allen vanalles. Dikwijls op een andere wijze. Sommigen zien details waar anderen geen aandacht aan hebben besteed. Er zijn soms zelfs zaken die we in het geheel niet zien, alsof we onze ogen in onze zak hebben. Het is op dit punt dat de ogen een beetje zoals het geloof zijn. De blik is het licht van de liefde en het geloof die ziet daar waar anderen niets zien. Het is dus niet omdat ik iets niet gezien heb dat het niet bestaat. Zo gaat het ook inzake het geloof. Een geloof dat verlicht is door de Geest stelt ons in staat om – wanneer wij onze blik laten rusten op het mysterie van Christus, zoals Johannes de Doper – te erkennen dat ook wij “Hem gezien hebben, getuigen van Hem afleggen, Hij is de Zoon van God.” Het is met onze eigen ogen dat wij kunnen ontdekken waar God zich bevindt, dat wil zeggen in het hart van onze naaste. God leeft in elkeen van ons. Het volstaat het te zien om het te geloven. Dat wij door onze ogen steeds mogen zien de werkelijkheid, de waarheid van God. Dat onze blik doordrongen moge zijn van liefde, dat onze kijk steeds doorvlamd moge zijn van Gods tederheid die door ons wordt geleid. Onze ogen zijn de weergave van onze ziel. Onze ogen zijn de weergave van de goddelijkheid die leeft in ons.Amen
Tweede zondag door het jaar
Zo’n twintig jaar geleden heb ik tijdens een zondagsviering een verbazende, ja, zelfs bevreemdende ervaring meegemaakt. Voor mij, zat een jongen die niet ophield me indringend aan te kijken. En dat vanaf het begin van de eucharistie. Het was onmogelijk aan hem te ontsnappen. Telkens wanneer mijn blik over de mensen heen ging, kruiste deze de zijne. Het stoorde me, omdat ik niet begreep waarom zijn blik met zulke intensiteit en fixatie op mij rustte. Ik moet u bekennen dat er best wat kwade gedachten door mijn geest zijn geflitst tijdens het eucharistisch gebed, toen ik moest vaststellen dat hij me nog steeds aankeek. In mij voelde ik zenuwachtigheid opkomen. Groot was dan ook mijn verbazing toen ik ontdekte, bij het uitreiken van de communie, wanneer hij zich omdraaide om opnieuw naar zijn plaats te gaan, dat hij hoorapparaten droeg. Vanaf het begin van de Mis had hij mijn lippen gelezen. Op dat moment begreep ik waarom hij me zo intens had aangekeken. Door zijn ogen kon hij me horen. Hij was doof.