30e zondag door het jaar
Begroeting
Van harte welkom in deze viering waarin we uitgenodigd worden om met de Heer op tocht te gaan in de naam van + de Vader, de Zoon en de H. Geest. Amen.
Openingswoord 1
Het evangelie van Marcus houdt ons een spiegel voor. Het verhaal over Bartimeüs staat bol van situaties, woorden en handelingen die méér dan één betekenis hebben. Zo kan ‘blind zijn’ meer zijn dan de lichamelijke handicap. Het kan ook betekenen met ‘gezonde’ ogen niet willen of kunnen zien, of geen uitweg meer zien. Hebben wij dan de moed om, net als Bartimeüs, om hulp te vragen aan medemensen, aan God? Blijven we dan betrouwen op God? En als anderen een beroep op ons doen, luisteren wij dan evengoed als Jezus naar hen en vragen wij: “Wat kan ik voor jou doen?”
Openingswoord 2
Het gehoor van blinde mensen is vaak bijzonder goed ontwikkeld. De blinde Bartimeüs blijft de roepstem van Jezus horen, te midden van al het lawaai om hem heen. En…als hij ziende wordt, dan kiest hij definitief voor Jezus. Als Jezus ons de ogen opent, volgen wij Hem dan onvoorwaardelijk?
naar Levensecht
Gebed om ontferming 1
-Heer, zoals Bartimeüs zitten ook wij soms ellendig op de grond, hopend dat iemand zich ons lot aantrekt. In nood weten we U altijd wel te vinden, maar als er niet dadelijk een verbetering van onze toestand komt, is de verleiding af en toe zo groot om ons af te keren van U, om ons door U onrechtvaardig behandeld te voelen. Daarom vragen wij: Heer, ontferm U over ons. Heer, ontferm U over ons.
-Christus, Gij hebt U steeds laten raken door de miserie van een ander. Gij hebt niet gevraagd naar hun eventuele schuld aan die situatie, maar onvoorwaardelijk hebt Gij hun leed verlicht, hun weer ‘zicht’ op toekomst, op een nieuwe start, geboden. Zo veel mensen in onze maatschappij hebben het moeilijk, maar we verwijten het de structuren dat ze uit de boot vallen en wassen zo onze handen in onschuld om onze taak van echte naastenliefde te omzeilen. Daarom: Christus, ontferm U over ons. Christus, ontferm U over ons.
-Heer, onze houding tegenover andere mensen is meestal geen afspiegeling van de reactie van Jezus: ‘Wat kan Ik voor je doen,’ De laatste jaren worden we geconfronteerd met heel wat vluchtelingen. Als ze al ‘gehoord en gezien’ worden, Dan is er van onze kant meestal de reactie dat ze blij en dankbaar mogen zijn hier te zijn en eten te krijgen en een dak boven hun hoofd. Wij vragen hun niet: “Wat kan ik voor je doen?”, Onvoorwaardelijk, zonder eisen, Hun geven wat we zelf graag zouden willen in die omstandigheden, het is zo ongewoon, zo moeilijk geworden in onze ‘ik’-maatschappij. Daarom: Heer, ontferm U over ons. Heer, ontferm U over ons.
God, leer ons meer en meer zien naar de anderen met Jezus’ ogen. Amen.
Vergevingsmoment 2
-Wij kunnen vrede en welzijn in onze samenleving bevorderen als we leven met open oog voor de noden van anderen. Maar uit onverschilligheid en gemakzucht blijven wij dikwijls blind voor onze mogelijkheden. Heer, ontferm U over ons. Heer, ontferm U over ons.
-Wij kijken, maar we zien niets… Er zijn zoveel wonderen om ons heen die wachten om ontdekt te worden, die wachten op onze belangstelling. Maar verwend als we zijn, lopen we achteloos eraan voorbij. Christus, ontferm U over ons. Christus, ontferm U over ons.
-Heer, Gij hebt ons innig lief. Gij hebt de naam van elke mens geschreven in de palm van uw hand. Op momenten dat het ons goed gaat zien we meestal niet naar U om, maar op momenten van nood willen we dat Gij een tovenaar zijt, dat Gij ons exact geeft wat we U vragen, blind als we zijn voor uw liefdevol mededogen. Heer, ontferm U over ons. Heer, ontferm U over ons.
Lofprijzing
Eer aan God in de hoge: eer aan de Vader die de oorsprong is, eer aan de Zoon die in de wereld kwam, eer aan de Geest: Hij maakt ons vrij.
Eer aan God in de hoge en vrede op aarde: zondaars vinden bij Hem genade, zieken troost en geneest Hij, armen brengt Hij zijn Blijde Boodschap.
Eer aan God in de hoge en vrede op aarde door liefde onder de mensen. Liefde die de dood overwint, de tranen wegwist uit onze ogen en alles nieuw maakt. Amen.
Openingsgebed 1
Goede God, zie ons hier, wij, uw mensen op zoek naar geluk en vrede, hunkerend naar licht en uitzicht. Open onze ogen, open ons hart, zet ons in beweging, samen met anderen, samen met de vergeten mensen langs de weg van ons leven. Amen.
Openingsgebed 2
God en Vader, het leven is niet altijd rozengeur en maneschijn. Toch hebt Gij ons geschapen om gelukkige mensen te zijn. In tranen roepen we dan tot U: “Help mij”. Wij bidden U, verhoor ons, en stuur ons mensen die ons mee op pad nemen om ons leven weer te kunnen opnemen en de weg te zien naar U. Dit vragen wij U in naam van uw Zoon Jezus. Amen.
Lezingen
In de eerste lezing, uit de profeet Jeremia, voert God de rest van Israël uit de ballingschap terug naar huis.
In het evangelie ziet de blinde Bartimeüs in Jezus een nieuwe toekomst opengaan en sluit zich bij Hem aan op zijn weg.
In de tweede lezing belicht de auteur van de Hebreeënbrief het hogepriesterschap van Christus.
Kerk in Herent
Eerste lezing (Jer., 31, 7-9)
Uit de profeet Jeremia
7 Zo spreekt de Heer: `Jubel van vreugde om Jakob, juich om de heerser van de volken. Verkondig overal Gods lof met deze woorden: `De Heer heeft redding gebracht over zijn volk, over wat overbleef van Israël.” 8 Ik haal ze terug uit het noorden, van het einde van de aarde breng Ik ze bijeen; ook de blinden en de lammen, de zwangere en barende vrouwen. In dichte drommen keren zij terug. 9 Bedroefd gingen zij heen, getroost leid Ik hen terug. Ik voer hen naar stromende beken, over gebaande wegen waarop ze niet struikelen. Ik ben immers Israëls vader en Efraïm is mijn eerstgeborene.’ KBS Willibrord 1995
Tweede lezing (Hebr., 5, 1-6)
Uit de brief aan de Hebreeën
Broeders en zusters, 1 Elke hogepriester wordt genomen uit de mensen en aangesteld voor de mensen, om hen te vertegenwoordigen bij God, om gaven en offers op te dragen voor de zonden. 2 Hij is in staat onwetenden en dwalenden geduldig te verdragen, omdat hij ook zelf aan zwakheid onderhevig is; 3 daarom moet hij, als hij offers voor de zonden opdraagt, evengoed aan zichzelf denken als aan het volk. 4 En niemand kan zich die waardigheid aanmatigen; men moet evenals Aäron door God geroepen worden. 5 Zo heeft ook Christus niet zichzelf de eer van het hogepriesterschap toegekend; dat heeft God gedaan, die Hem zei: Mijn Zoon ben jij, Ik heb je vandaag verwekt. 6 Zoals Hij ook elders zegt: Jij bent priester voor eeuwig, op de wijze van Melchisedek.
KBS Willibrord 1995
Evangelie (Mc. 10, 46-52)
Uit het heilig evangelie van onze heer Jezus Christus volgens Marcus
46 Jezus en zijn leerlingen kwamen in Jericho. Toen Hij uit Jericho wegging met zijn leerlingen en heel wat mensen, zat de zoon van Timeüs, Bartimeüs, een blinde bedelaar, langs de weg. 47 Toen hij hoorde dat het Jezus van Nazaret was, begon hij te schreeuwen en te roepen: `Zoon van David, Jezus, heb medelijden met mij.’ 48 Velen snauwden hem toe dat hij zijn mond moest houden. Maar hij schreeuwde nog harder: `Zoon van David, heb medelijden met mij.’ 49 Jezus bleef staan en zei: `Roep hem.’ Ze riepen de blinde : `Houd moed, sta op, Hij roept u.’ 50 Hij wierp zijn jas weg, sprong overeind en ging naar Jezus. 51 Daarop zei Jezus tegen hem: `Wat wilt u dat Ik voor u doe?’ De blinde zei Hem: `Rabboeni, dat ik weer kan zien.’ 52 `Ga,’ zei Jezus, `uw vertrouwen is uw redding.’ Meteen kon hij weer zien, en hij volgde Hem op zijn weg.
KBS Willibrord 1995
Geloofsbelijdenis 1
Spreken wij ons geloof uit in God die ons in zijn Zoon geleerd heeft oog te krijgen voor mensen die over het hoofd worden gezien.
Ik geloof dat het leven mij geschonken werd door God, onze Vader, Bron van liefde. Ik geloof dat ik geroepen ben om mee te werken aan een toekomst die voor elke mens menswaardig is.
Ik geloof in die uitzonderlijke Mens die niet geleefd heeft voor Zichzelf. Ik geloof in die Mens die wij kennen als Zoon van mensen en Zoon van God, die een ereplaats gaf aan mensen die over het hoofd werden gezien.
Ik geloof dat zijn Geest onder ons werkt als wij in zijn naam samen zijn en wij elkaar levenskansen geven. Ik geloof dat zijn Geest ons telkens weer aanspoort om naar elkaar om te zien en zo mensen te worden met en voor elkaar.
Ik geloof dat ons leven niet zal eindigen in het zinloze niets, maar dat wij eens zullen leven bij de Bron van liefde die ons dit leven schonk. Amen.
Geloofsbelijdenis 2
Ik geloof in God, voor ons Moeder en Vader, die altijd luistert en ons in liefde nabij is.
Ik geloof in Jezus, die met ons Mens geworden is. Die niemand in de kou liet staan, die oog en hart had voor gekwetste mensen.
Ik geloof in de Geest die ons bezielt, die rusteloos speurt naar vrede en gerechtigheid. Die Geest die alles nieuw maakt.
Ik wil geloven in mensen om me heen. Dat ook zij zoeken naar geluk. Dat ook zij door U bemind worden.
Ik wil ook geloven in mezelf. Dat Gij mij beschermt, dat Gij naar mij omziet, dat Gij mij bemoedigt.
Ik geloof dat wij altijd weer mogen vertrouwen in U. Ik geloof dat Gij ons altijd weer sterker maakt dan de dood. Amen.
Voorbeden 1
Leggen wij bij het begin van deze tafeldienst onze gebedsintenties op het altaar van de Heer om ze samen met uw gaven en deze gaven aan de Heer aan te bieden.
–Bidden we voor alle mensen en organisaties die aandacht hebben voor kwetsbare mensen en samen met hen zoeken naar wegen zodat ze kansen krijgen om gelukkig en menswaardig te leven. Dat Jezus’ houding tegenover Bartimeus hen kracht mag geven om vol te houden. Laten we bidden…
-Bidden we voor onszelf en voor alle christenen. Dat we steeds beter mogen zien en begrijpen wie Jezus is, en Hem, in ons doen en laten, onvoorwaardelijk zouden volgen ook als dit stuit op onbegrip en tegenstand. Laten wij bidden…
-Bidden we voor alle wereldlijke en religieuze leiders. Dat zij met een warm hart luisteren naar mensen in nood. Dat zij hun uiterste best doen om tegemoet te komen aan alle leed en maatregelen nemen die duurzaam het lot verbeteren van hen die getroffen zijn door fysisch of psychisch leed. Laten wij bidden…
-Bidden we voor de Nobelprijswinnaars voor de vrede. Dat hun niet aflatende inzet voor verzet tegen seksueel geweld iedereen mag aansporen tot respect voor vrouwen in een maatschappij waarin vrouwen vaak als pionnen worden gebruikt in het politieke schaakspel van macht en onderdruking. Laten wij bidden…
-Bidden we vandaag speciaal voor mensen met een visuele handicap. Dat zij voor ‘vol’ mogen aanzien worden en kunnen rekenen op mensen die ‘ogen’ voor hen willen zijn. Laten wij bidden…
-Bidden we voor deze geloofsgemeenschap. Dat wij door onze levenshouding Jezus en zijn Goede Boodschap laten zien. Laten wij bidden…
Voorbeden 2
-Geef ons ogen, God, die de noden zien van anderen. Maar geef ons ook ogen die kunnen zien waar Gij redding en bevrijding brengt. Laten wij bidden…
-Geef ons monden, God, om onze nood en die van anderen uit te schreeuwen. Maar geef ons ook monden die ‘dank U’ kunnen zeggen voor uw zorgende nabijheid. Laten wij bidden…
-Geef ons harten, God, die zich in kwetsbaarheid durven openstellen. Maar geef ons ook harten die zich kunnen inleven in andermans broosheid en verdriet. Laten wij bidden…
Voorbeden 3
-Bidden we voor mensen aan de kant, wier leed niet wordt gezien, wier armoede niet wordt opgemerkt. Dat zij eindelijk de aandacht krijgen die ze verdienen en zo weer op weg worden geholpen. Laten wij bidden…
-Bidden we voor mensen in het donker, klein gekregen door tegenslag na tegenslag, mensen wie het water aan de lippen staat. Dat zij een gewillig oor blijven vinden voor hun zorgen en verdriet, een schouder om op uit te huilen, en zo weer licht beginnen zien. Laten wij bidden…
-Bidden we voor mensen die van elkaar vervreemd zijn, die niets meer van elkaar verwachten. Dat zij de sleur weten te doorbreken. Dat ze leren kijken met andere ogen en zo wegen vinden tot hernieuwd geluk. Laten wij bidden…
Gerard Kock
Gebed over de gaven 1
God van mensen, hier op tafel staan brood en wijn, eten en drinken voor mensen die met open ogen uitkijken naar een nieuwe wereld, waar niemand meer honger of dorst heeft. Wij vragen U: kom in ons midden en doe ons handelen naar uw Geest die ons laat zien waar het in het leven om gaat. Amen.
Gebed over de gaven 2
Barmhartige God, in Jezus Christus – gebroken als brood en uitgegoten als wijn – krijgt Gij voor mensen een gezicht. Wij bieden U deze gaven aan als teken van ons verlangen naar U, als symbool van onze honger en onze dorst om deelgenoot te worden aan uw leven. Neem deze gaven aan en vorm ons om tot zichtbare tekens van uw liefde. Amen.
vrij naar Heeswijk
Tafelgebed
Waar Hij was, die mens Jezus Christus, kwamen lammen weer te been, gingen doven de oren open, vielen blinden de schellen van de ogen. Waar Hij was vluchtten kramp en koorts uit het lijf van de mensen.
Waar Hij was werd de besmette melaatse in de kring opgenomen, werd zieken de straffende vinger van God uit het hoofd gepraat.
Waar Hij was werd brood en vis van harte gedeeld en groeide uit amper iets voor één overvloed voor allen.
Waar Hij was verliet God zijn hoge hemel en werd Hij een vader die leeft en lijdt in mensen.
Hij was een man met het hart op de tong, had niet dat moeilijke van hen die met letter en wet het leven verduisteren.
Hij vertelde het alledaagse leven: over een zaadje zo klein en de boom zo groot, over een man met schuren vol en zo arm als wat, over een kind dat wegliep en terugkwam, over de mensen die bij het goed dat ze doen en het kwaad dat ze laten, niet weten dat zij God voor zich hebben. Duidelijke taal voor wie horen kan.
Onvergetelijk wat Hij zei over de vrije vogels: ze zaaien noch maaien, slaan niet op in schuren en lijden desondanks geen gebrek. Over de bloemen in het wild: ze zetten geen stap, ze spinnen geen draad en er is geen mens zo gekleed als zij.
Vanaf de berg zag Hij de wereld op zijn kop: zalig de armen, want je bent niet gelukkig om wat je bezit en je wordt niet rijk van wat je hebt. Zalig die van wapens niet willen weten, ze winnen de wereld zonder geweld. Zalig die hun zinnen zuiveren, ze vinden God in de diepte van hun hart. Zalig die deemoedig zijn: als een kind bij moeder zijn zij geborgen bij God.
In dit vertrouwen heeft Hij van het leven afscheid genomen. Hij nam brood, van het veld verzameld, zegende, brak het en zei: ‘Dit ben Ik en Ik beloof u vast dat ge zult eten en drinken aan mijn tafel. Neem en eet mijn Lichaam voor u.’
Hij nam de beker, uit druiven geperst, zegende, reikte hem over en zei: ‘Neem deze beker van Mij over en geef hem door aan elkaar; mijn Bloed vergoten voor u. Doe wat Ik heb gedaan en vergeet Mij niet.’
Verkondigen wij dit mysterie van ons geloof.
Heer Jezus, wij verkondigen uw dood en wij belijden tot Gij wederkeert, dat Gij verrezen zijt.
De hoop op leven in het hart van mensen neergelegd, het uitzicht op een wereld van liefde en recht door Hem geopend, zijn geloof dat alles zich uiteindelijk ten goede keert, alles wat Hij heeft gezegd en gedaan, die Mens Jezus Christus, het kan ons niet meer worden ontvreemd.
Bij leven niet begrepen en in de steek gelaten, gedoemd om te worden vergeten, is Hij onweerstaanbaar door de dood heen tot leven gekomen, is Hij voor allen die in Hem hun ware aard en God herkennen, geworden die Hij is: Jezus de Christus, Gods gezondene. Amen.
Peer Verhoeven, Ten hemel schreien
Onze Vader
Laten wij ons laten leiden door de gezindheid van Jezus van Nazareth, en met Hem bidden tot zijn en onze Vader: Onze Vader….
Laat uw Rijk komen, God, uw wil werkelijkheid worden in ons midden. zodat uw geheiligde naam kan worden doorgegeven in gerechtigheid en vrede, van mens tot mens, van land tot land over heel de wereld. Dan zal de mensheid vreugdevol kunnen uitzien naar de komst van Jezus Messias, uw Zoon. Want van U is het Koninkrijk…
Vredeswens
Met open ogen in ’t leven mogen staan … ‘t Geeft ons zicht op wat rondom ons gebeurt, een goed inzicht op wat de diepere gronden zijn van waaruit alles zich voordoet. ’t Geeft ons uitzicht op ‘de weg die moet worden gegaan’. Vrede met onszelf – met wie we zijn, met onze talenten en onze gebreken – opent de weg naar vrede met elkaar, dichtbij en veraf. Een vrede die niet mag toedekken, maar ons omroept om ‘op-weg-te-gaan’ naar een wereld van doorzichtigheid, van eerlijkheid, van recht-geven aan ieder ander, van elk zijn plaats geven in ons midden. Die vrede van de Heer moge met u zijn. En geven wij die Godsvrede aan elkaar door.
Vredeswens 2
‘Wat wilt ge dat Ik voor u doe’ vroeg Jezus aan Bartimeüs. En Bartimeüs zei: ‘Maak dat ik kan zien.’ Dat ik kan zien, werkelijk kan zien, met de ogen van het hart, van het geloof, zoals God mij ziet, zoals God mijn medemensen ziet. Als we zo leren zien, groeit er vrede in ons hart, vrede met onszelf, met elkaar, met God. Dat is de bevrijdende weg die Jezus ons wijst. Moge de eerste stap op die weg een teken van vrede zijn aan elkaar: De vrede van de Heer zij dan altijd met u. En geven wij elkaar een teken van die vrede.
Heeswijk
Lam Gods
Communie
“Rabboeni, maak dat ik weer kan zien!” Moge dit gebed van Bartimeüs ook ons gebed zijn, nu Jezus in dit gebroken Brood aan ons voorbijkomt. Heer, ik ben niet waardig…
Bezinning 1
Geloven kun je niet op je eentje. Het heeft altijd iets van ‘samen’. Het wil mensen uitdagen om de ogen te openen voor het leven van anderen: om solidair te zijn, om de handen uit te steken naar mensen die onthand zijn; om voeten te worden voor hen die niet uit de voeten kunnen; om mond te worden voor hen die niet gehoord worden.
Geloven vraagt om daden, maar ook om uithoudingsvermogen. Je kunt het daarbij niet zonder de ander: niet zonder elkaars inspiratie, niet zonder elkaars bemoediging. Alleen hou je het niet uit en wordt het te moeilijk. Daarom mogen we bij elkaar schuilen, elkaar de hand reiken en meedelen van wat in ons leeft. We mogen ons laten gezeggen door het voorbeeld van anderen, dichtbij en veraf.
Wim Holterman osfs
Bezinning 2
Als Jezus mij zou vragen wat Hij voor mij kan doen, zou ik niet lang moeten nadenken om Hem een antwoord te geven, God. Want heel graag zou ik op Bartimeüs willen lijken en heel mijn leven voor Jezus uitspreken. Maar vaak is mijn geloof in Hem daar veel te klein voor en zie ik niet in dat alleen Jezus mij ten diepste gelukkig kan maken. Laat Jezus mij dan genezen van mijn blindheid, Heer!
naar Erwin Roosen
Slotgebed 1
God, Gij laat het werk van uw handen niet los. Steeds opnieuw, de eeuwen door, zoekt Gij naar nieuwe wegen om ons telkens weer te doen ervaren hoezeer wij U ter harte gaan. Trek uw handen nooit van ons af. Wees ons nabij in goede en kwade dagen en blijf tot ons spreken door Jezus Christus, onze Broeder voor tijd en eeuwigheid. Amen.
Slotgebed 2
Heer, geef me een hart dat voor U open bloeit, geef mij ogen om U te zien, een mond die over U durft te spreken, handen die handelen in uw naam, voeten die voor U willen wandelen. Heer, geef dat ik kan zien waartoe Gij mij roept, waartoe Gij mij zendt. Amen.
naar Jan Coghe
Zending en zegen
Laten wij met nieuwe ogen het goede zien waarin God toont dat Hij er voor ons is. Moge Hij ons de ogen openen wanneer verdriet, angst of onmacht ons verblindt. Laten wij zoals de genezen Bartimeüs de weg opgaan, de weg van Jezus naar Jeruzalem. Onderweg zal God ons zegenen en bewaren: in de naam van + de Vader, de Zoon en de H. Geest. Amen.