32e zondag door het jaar
Begroeting
Telkens we samenkomen in de kerk om samen te luisteren en te bidden, heet God ons van harte welkom in de naam van + de vader, de Zoon en de H. Geest. Amen.
Openingswoord 1
Als er in de Bijbel een oproep wordt gedaan om, om te zien naar anderen, om onze naaste lief te hebben, dan worden ‘de weduwen en de wezen’ daarbij altijd in één adem genoemd. In een tekst als deze staat ‘een weduwe en een wees’ voor de meest kwetsbare groepen in de samenleving. In een maatschappij zonder sociale voorzieningen – en dat was zo in Jezus’ tijd – waren weduwen en wezen aangewezen op de ondersteuning van derden, op naastenliefde. De Joodse wet voorzag wel in een soort van ‘fonds’ voor weduwen en wezen, maar Gods wet van liefde kijkt naar de ingesteldheid van de mens die geeft, de innerlijke houding, niet naar de nominale waarde van het bedrag. Dit verhaal van het penningske van de weduwe, van de weduwe bij Elia, die “alles gaf waarvan zij leefde”, is niet bedoeld als moraliserende les om ons aan te sporen méér te geven bij een volgende collecte. Jezus wijst zijn leerlingen erop dat rijken vaak denken veel te geven, maar ze geven alleen van de overvloed van hun uiterlijke rijkdom, dus niets van zichzelf, niets van hun hart. Eigenlijk kost hun vrijgevigheid hun niet zoveel. Zij engageren zichzelf niet, zij behouden hun veiligheid en lopen nooit het gevaar veel te verliezen. Dit in tegenstelling met beide weduwen uit onze lezingen wel.
De meest kwetsbare groepen in ónze samenleving nu, zijn de vluchtelingen, de hulpbehoevende ouderen, de gevangenen, de zieken, vaak ook éénoudergezinnen. Hoe zit het met onze ‘christelijke houding’ tegenover hen? vrij naar Dionysiusparochie
Openingswoord 2
Geven en geven is twee, is de boodschap van de lezingen van vandaag. Er zijn rijken die voor het goede doel graag met hun portefeuille zwaaien. Maar wie het weinige dat hij heeft met een liefdevol hart nog kan delen met anderen, heeft – in Jezus’ ogen – veel meer gegeven.
Bidden wij in deze viering dat God ons hart zou vullen met zijn vrijgevige liefde, zodat onze handen leren geven in de stijl van zijn Liefde.
Gebed om ontferming 1
-Heer, graag willen we ‘gezien’ worden voor wat we aan ‘goeds’ doen. Niet dat we het niet willen doen, maar ons ‘imago’ dat we daarmee creëren, speelt vaak een grote rol. Daarom: Heer, ontferm U over ons. Heer, ontferm U over ons.
-Christus, uw vraag aan Bartimeüs was: “Wat kan Ik voor je doen?” Gij hebt U totaal ingezet voor mensen in nood, belangeloos, niet vanuit de hoogte, maar hartelijk en steeds vol respect voor die persoon. Wij stellen soms grenzen en eisen aan onze hulpverlening. Daarom: Christus, ontferm U over ons. Christus, ontferm U over ons.
-Heer, wij beseffen vaak te weinig hoe goed we het eigenlijk hebben. Heel wat mensen lijden ‘in stilte’. Wij kijken te weinig aandachtig om ons heen om het vaak grote leed van anderen te zien. Onze naastenliefde is al te dikwijls een kwestie van een geldelijke bijdrage, zonder dat ons hart erbij betrokken is. Daarom: Heer, ontferm U over ons. Heer, ontferm U over ons.
Heer, leer ons liefhebben, mateloos, zoals Gij ons liefhebt. Amen.
Gebed om ontferming 2
Leggen we de voorbije week in Gods handen en keren we ons tot Hem, biddend om ontferming.
-Heer, er gebeurt zoveel om de schone schijn. Leer ons zoeken naar de binnenkant, naar de ziel van alles. Heer, ontferm U over ons. Heer, ontferm U over ons.
-Christus, in deze wereld vol geweld verlangen wij naar vrede en medemenselijkheid, maar wij zijn soms zo bang het plaatsje dat we ons hebben veroverd in de maatschappij, te verliezen. Christus, ontferm U over ons. Christus, ontferm U over ons.
-Heer, ondanks goede wil en enorme inzet, botsen wij op muren van onbegrip. Beziel ons met uw ruime liefde voor alle mensen, wie ze ook zijn. Heer, ontferm U over ons. Heer, ontferm U over ons.
Barmhartige God, vergeef ons ons tekortkomen en blijf ons bewaren in uw liefde. Amen.
Lofprijzing
Met God willen wij samen zijn, in zijn dienst willen wij leven, zijn Woord willen wij spreken, zijn wil vervullen, zijn naam aanroepen.
Allen zullen erkennen, God, dat Gij voor ons vrede zijt, recht doet en vreugde brengt, zorgt en heelt, omdat in U alle heil is.
De aarde geeft haar grondstoffen, mensen produceren goederen, maar uw zegen, God, begeleidt onze handen.
Allen moeten het horen, God, en beseffen dat Gij zorg draagt voor de mens. Amen.
Openingsgebed 1
God, uw aandacht gaat nadrukkelijk uit naar hen die alleen en verweesd achterblijven, naar hen die hulpeloos tegen het leven aanhinken. Moge die weerlozen onze weerstand breken en onze berekende liefde ontmaskeren. Doe ons beseffen dat uw wereld er is voor allen, en dat het teveel van de enen, een tekort betekent voor de anderen. Amen.
Openingsgebed 2
God, voor kleine mensen zijt Gij bereikbaar, de rechtelozen neemt Gij in bescherming. Wij vragen U: leer ons eenvoudig van hart te zijn zodat wij naar allen toegaan die om hulp verlegen zitten. Schenk ons de moed om de wereld die Gij ons hebt toevertrouwd eerlijk met elkaar te delen. Zo kunnen we echt leerlingen zijn van uw Zoon Jezus, die ons in woord en daad uw Liefde voor elke heeft voorgeleefd. Amen.
vrij naar Kerk in Herent
Lezingen
Zowel in de eerste lezing als in het evangelie is er sprake van een weduwe. De weduwen behoorden tot de zwaksten van de toenmalige samenleving, maar zij geven blijk van een groot vertrouwen: in hun armoede weten zij nog met anderen te delen.
In de tweede lezing vergelijkt de auteur van de Hebreeënbrief de oude eredienst met het priesterlijk optreden van Christus.
Eerste lezing (1Kon., 17, 10-16)
Uit het eerste boek der Koningen
10 De profeet Elia vertrok naar Sarefat. Toen hij bij de stadspoort kwam, was daar een weduwe hout aan het sprokkelen. Hij riep naar haar: `Wees zo goed om voor mij in deze kruik een beetje water te halen; ik zou graag wat drinken.’ 11 Toen zij het ging halen riep hij haar na: `Wees zo goed om ook een stuk brood mee te brengen.’ 12 Zij antwoordde: `Zowaar de Heer uw God leeft, ik heb geen brood meer; alleen nog maar een handvol meel in de pot en nog een beetje olie in de kruik. Ik sprokkel nu wat hout en ga dadelijk naar huis om voor mij en mijn zoon voor het laatst eten klaar te maken; daarna wacht ons de dood.’ 13 Elia antwoordde: `Vrees niet, ga naar huis en doe wat u van plan bent, maar maak van het meel en de olie eerst een broodje voor mij en breng mij dat; voor uzelf en uw zoon kunt u daarna zorgen. 14 Want, zo spreekt de Heer, de God van Israël, de pot met meel raakt niet leeg en de kruik met olie raakt niet op totdat de Heer het weer laat regenen.’ 15 Toen ging zij weg en deed wat Elia gezegd had, en elke dag hadden zij te eten, hij, zij en haar familie. 16 De pot met meel raakte niet leeg en de kruik met olie raakte niet op, volgens het woord dat de Heer gesproken had door Elia.
KBS Willibrord 1995
Tweede lezing (Hebr., 9, 24-28)
Uit de brief aan de Hebreeën
Broeders en zusters, 24 Christus is niet het heiligdom binnengegaan dat, door mensenhanden gemaakt, slechts een symbool is van het waarachtige heiligdom; Hij is de hemel zelf binnengegaan om er nu, voor onze zaak, bij God present te zijn. 25 Ook hoeft Hij zich daar niet telkens opnieuw te offeren, terwijl de hogepriester jaar in jaar uit het allerheiligste binnengaat, met bloed dat niet het zijne is. 26 Anders had Christus telkens opnieuw moeten lijden, vanaf het begin van de wereld; maar in feite is Hij slechts eenmaal verschenen, op het hoogtepunt van de geschiedenis, om door zijn offer de zonden weg te nemen. 27 Het is het lot van de mens eenmaal te sterven, en daarna komt het oordeel; 28 zo is ook Christus eenmaal geofferd, om de zonden van allen op zich te nemen; de tweede maal zal Hij niet wegens de zonde verschijnen maar om hen te redden die naar Hem uitzien.
KBS Willibrord 1995
Evangelie (Mc. 12, 38-44)
Uit het heilig evangelie van onze heer Jezus Christus volgens Marcus
38 Bij zijn onderricht zei Jezus: `Pas op voor de schriftgeleerden, die graag in plechtige gewaden rondlopen en graag gegroet worden op het marktplein, 39 graag vooraan in de synagoge zitten, en op de ereplaats bij het feestmaal. 40 Mensen die de huizen van de weduwen opeten en voor de schijn lange gebeden opzeggen – over hen zal een bijzonder streng vonnis geveld worden.’ 41 Gezeten tegenover de offerkist, bekeek Hij hoe de menigte kopergeld in de offerkist gooide. Veel rijken gooiden er veel in. 42 Er kwam een arme weduwe, die er twee muntjes in gooide, ter waarde van een quadrans. 43 Hij riep zijn leerlingen bij zich en zei tegen hen: `Ik verzeker jullie, die arme weduwe gooide meer in de offerkist dan alle anderen. 44 Want allen gooiden er iets in van hun overvloed, maar zij gooide er van haar armoede alles in wat ze had, heel haar levensonderhoud.
KBS Willibrord 1995
Geloofsbelijdenis
Ik geloof in de mensen van deze gemeenschap die bekommerd zijn om elkaar, die samen op weg gaan en mekaar niet loslaten.
Ik geloof dat God hier aanwezig is als wij de anderen recht doen, het positieve in elkaar zien, als wij niemand uitsluiten, maar iedereen aanvaarden zoals hij of zij is.
Ik geloof dat we voor elkaar een stukje hemel kunnen zijn, een stukje Rijk Gods.
Ik geloof dat God ons vraagt een hoopvolle cel te zijn, dat we ons samen zouden inzetten en niet aan de kant blijven staan.
Ik geloof dat Hij ons vraagt realistische, maar blije mensen te zijn, met hoop voor de toekomst.
Ik geloof dat wij daaraan samen moeten bouwen en dat God ons daarbij helpt. Amen.
Voorbeden 1
Onze God kijkt niet naar de buitenkant. Hij kijkt naar onze binnenkant, in ons hart. Hij kijkt of wat we doen of niet doen, ingegeven is door liefde.
-Bidden we voor een onze Kerk. Dat zij er van harte mag zijn voor iedereen. Dat zij geen onderscheid maakt naar sekse, stand of geaardheid, maar elk individu respecteert als kind van God. Laten wij bidden…
-Bidden wij voor de ‘zwakkeren’ in onze maatschappij: vluchtelingen die geen toekomst meer zien in eigen land, vrouwen en meisjes die seksueel worden uitgebuit, de zovele kinderen die, verdoken, nog kinderarbeid moeten verrichten, de miljoenen mannen en vrouwen die onmenselijk hard moeten werken om een uiterst karig loon voor henzelf en hun kinderen. Moge de ‘universele rechten van de mens’ overal toegepast worden, maar dan van harte, omdat we de andere in zijn waarde willen laten en hen zouden erkennen als kinderen van God en onze broers en zussen. Laten wij bidden…
-Bidden we voor onze geloofsgemeenschap. Dat we hier al een begin zouden maken met vriendelijk en zorgzaam te zijn voor elkaar, zonder neerbuigendheid, maar respectvol voor iedere persoon, wie hij/zij ook is. Laten wij bidden…
-Bidden we tenslotte voor onszelf. Dat onze motivatie om te geven nooit ofte nimmer uiterlijk vertoon mag zijn, maar dat echte naastenliefde en aandacht voor onze medemens – ook al houdt dit soms risico’s in – onze drijfveer mogen zijn. Laten wij bidden…
God, laten wij uw voorbeeld van liefde als een leidraad door ons leven lopen, zodat onze wereld wordt zoals Gij hem hebt bedoeld. Amen.
Voorbeden 2
-Bidden we voor hen die, gescheiden van hun geliefde, alleen hun weg moeten vinden in het leven: weduwen, weduwnaars en wezen. Moge zij zich geborgen voelen in de nabijheid van warme vriendenharten. Laten wij bidden…
-Bidden we voor de armen van onze tijd, en speciaal voor vluchtelingen, vreemdelingen, verslaafden, daklozen. Laten wij naar middelen blijven zoeken om hun menswaardige levenskansen te bieden. Laten wij bidden…
-Bidden we ook voor onszelf. Dat wij geen meerwaarde zouden ontlenen aan naam, titel of bezit. Moge onze welvaart ons niet in bezit nemen, maar ons tot zegen strekken. Moge God ons hart verwarmen en ons omvormen van bezitters tot delers. Laten wij bidden… naar Tiny Augustus-Vijgen
Voorbeden 3
-Bidden we voor mensen die het noodzakelijke moeten ontberen, maar toch hun veerkracht niet hebben verloren. Moge zij ons hun innerlijke rijkdom tonen en fier rechtop in het leven staan. Laten wij bidden…
-Bidden we voor mensen die in welstand leven. Moge zij oog hebben voor het echte geluk: respect, vrede en vriendschap onder de mensen. Laten wij bidden…
-Bidden we voor onszelf. Dat wij mogen beseffen dat ons leven niet afhangt van geld en goed, maar van het spoor van goedheid en mededogen dat wij uitzetten, naar het voorbeeld van Jezus. Laten wij bidden…
God, maak ons bescheiden, in dienst van U. Dan zal uw Rijk gestalte krijgen, vandaag en alle dagen van ons leven. Amen.
vrij naar Levensecht
Gebed over de gaven 1
Inspireer ons met uw Geest, God, de Geest van echte solidariteit. Moge dit brood en deze wijn, door U aan ons geschonken, symbool staan voor onze bereidheid onszelf met anderen te delen, voor anderen beschikbaar te zijn. Zo heeft Jezus het ons voorgeleefd. Zo willen ook wij het proberen. Amen.
Gebed over de gaven 2
Heer, onze God, met brood en wijn gedenken wij de levensstijl van Jezus: delend ging Hij rond, stervend schonk Hij zichzelf weg. Help ons te geven en te delen van onze overvloed. Dit vragen we U in Jezus’ naam. Amen.
naar André Janssen
Tafelgebed
God, onze Vader, wij willen U danken voor al die mensen, die, door de eeuwen heen, uw oproep hebben gehoord en beantwoord.
Wij danken U voor al die mannen en vrouwen die op stap zijn gegaan naar een betere wereld, naar de realisatie van uw Rijk van vrede en gerechtigheid.
Wij danken U voor hen die ons in vreugde en verdriet nabij zijn, voor hen die onbaatzuchtig weten te delen, voor de moedigen, die het nooit opgeven.
Wij kijken met bewondering op naar Jezus, omdat Hij ons uw droom heeft voorgeleefd hoe wij met elkaar kunnen omgaan, armen kunnen helpen, bedroefden kunnen troosten, voor zieken kunnen zorgen en een hart kunnen hebben voor mensen die nergens meetellen.
Om zijn voorbeeld, om de manier waarop Gij ons lief hebt willen wij U danken en zeggen daarom:
Heilig, heilig, heilig de Heer, de God der hemelse machten. Vol zijn hemel en aarde van uw heerlijkheid. Hosanna in de hoge. Gezegend Hij die komt in de naam des Heren. Hosanna in de hoge.
God, onze Vader, die het vuur van uw Liefde in de harten van de mensen hebt gelegd, hou dit in ons brandend. Zend ons uw Geest om te doen wat Jezus deed. Naar zijn voorbeeld zijn wij hier samen om het brood te delen met elkaar.
Op die laatste avond waarop Hij zijn afscheid voorbereidde, nam Hij brood, zegende het, en deelde het met zijn leerlingen, zoals Hij zijn leven met hen had gedeeld. Toen zei Hij: “Neem en eet dit is meer dan brood, dit is ‘mijn Leven, mijn Liefde voor jullie, een leven lang.’
Zo nam Hij ook de beker met wijn, gevuld als teken van hun vriendschap. Hij gaf hem rond en zei: “Neem en drink dit is meer dan wijn, dit is ‘mijn Leven, mijn Liefde voor jullie, een leven lang.’
Vergeet dit niet en doe ook wat Ik heb gedaan.”
Als wij dan eten van dit Brood en drinken uit deze Beker, verkondigen wij de dood des Heren totdat Hij komt.
God, wij danken U omdat Gij Jezus niet in de steek hebt gelaten, maar Hem nieuw leven gegeven hebt voor altijd.
Jezus heeft ons geleerd dat niemand groter liefde heeft dan Hij die zijn leven geeft voor de andere. Moge die Boodschap in ons verder groeien.
Zo kan in verbondenheid van de ene mens met de andere wereldwijd een nieuwe wereld ontstaan van vrede en vriendschap.
Door Jezus en met Hem en in Hem, moge zo Gods Rijk meer en meer gestalte krijgen, vandaag en alle dagen die komen tot in uw eeuwigheid. Amen.
Onze Vader
Ons geloof is vaak te zwak om te geven en te ontvangen zoals Jezus het ons leerde. Daarom bidden wij tot God – met de woorden van zijn Zoon – om kracht en bijstand: Onze Vader…
Vergeef ons Heer, wanneer wij kronkelwegen gaan. Neem ons in uw barmhartigheid bij de hand en houd ons op de rechte weg. Maak ons hart onrustig, wanneer wij onze ogen sluiten voor het onrecht dat mensen elkaar aandoen. Geef ons rust en hoop, wanneer wij opgesloten zitten in onszelf. Omdat Gij ons nabij wilt zijn mogen wij hoopvol wachten op de komst van Jezus Messias, uw Zoon. Want van U is het Koninkrijk….
Vredeswens 1
Heer, voor vele mensen is deze wereld geen paradijs op aarde. Het is een dagelijks gevecht om in leven te kunnen blijven, niet alleen fysisch, maar ook psychisch: het harde oordeel van anderen, hun denigrerende opmerkingen treffen hen op hun zwakste plek en halen hen eronderuit. Heer, geef ons woorden in de mond die de andere opbeuren, een wapen tegen de kilheid en de harteloosheid en dan kan er vrede ontstaan in de harten van de mensen, úw vrede. De vrede van de Heer zij altijd met u. En geven we elkaar een hartelijk teken van vrede.
Vredeswens 2
Heer, geef ons onvrede met alles wat niet goed is. Moge we opkomen voor iedereen die het moeilijk heeft of in het nauw gedreven zit. Maak dat we ons inzetten voor een wereld waarin mensen elkaar waarderen en respecteren en zo iedereen een basis heeft om gelukkig te zijn. De vrede van de Heer zij altijd met u. En geven we elkaar een hartelijk teken van vrede.
Lam Gods
Communie
Brood breken, een eenvoudig gebaar. Maar je leven breken elke dag voor elke mens die bij je binnenkomt, is niet zo eenvoudig. Je door Gods Geest laten bewegen, zacht en goed zijn, en tegelijk vol vuur, dat is niet zo eenvoudig. Daarom bidden wij stamelend: Heer, ik ben niet waardig dat Gij tot mij komt,…
Bezinning 1
Geloven is ook het opnemen voor mensen. Het is willen dat alle mensen het goed hebben.
Het is ook optornen tegen hoge heren, tegen scheefgegroeide situaties, tegen verharde structuren, tegen zoveel bekrompen en enge ideeën.
Geloven is ook weten – liefst vooraf – dat je op je kop zult krijgen, dat men je zal brandmerken als rustverstoorder, als subversieveling en naïeveling.
En dan niet bitter worden… Ook dat is geloven. Toch zachtmoedig blijven, toch volharden en doorgaan, omdat je weet dat God je draagt, ten einde toe.
Bezinning 2
Het mag ons nooit gewoon lijken hoe iemand elke morgen opnieuw heel hartelijk anderen het allerbeste wenst.
Het mag ons nooit gewoon lijken hoe iemand met grote zorg alles behartigt wat anderen hem of haar durven vragen.
Het mag ons nooit gewoon lijken hoe iemand fijngevoelig anderen blijft verrassen met een kleine attentie.
Het mag ons nooit gewoon lijken hoe mensen met een klein inkomen grootmoedig delen met wie ook veel moet missen.
Het mag ons nooit gewoon lijken hoe mensen met veel problemen hun eigen zorgen vergeten om het voor anderen op te nemen.
In zoveel kleine dingen ervaren we de diepste menselijkheid die ons naar de Liefde van God verwijst.
Federatie Kana
Slotgebed
Graag zou ik meer en meer op die arme weduwe willen gelijken, God, en mij met heel mijn hart aan U toevertrouwen. Maar soms herken ik in mezelf ook iets van die schriftgeleerden, en ontdek ik dat mijn geloof eigenlijk veel te klein is. Daarom wil ik U vragen dat Gij mij de durf geeft samen met U op weg te gaan en U te ontmoeten in armen en kleinen. Want diep in mijn binnenste weet ik dat ik alleen op die manier echt rijk kan worden.
Erwin Roosen
Zending en zegen
Moge dit bezinnend samenzijn rond het Woord van de Heer ons openplooien, om gelovig en gul te geven en te delen met allen die behoefte hebben aan onze zorg en toewijding. Dan kunnen wij van hier weggaan gesterkt en gezegend door God die voor ons wil zijn: + Vader, Zoon en H. Geest. Amen.