Ik behoor – zoals velen onder jullie – tot de babyboom generatie, geboren tussen 1946 en 1960. In de euforie van de bevrijding na de Tweede Wereldoorlog werden vele gezinnen gesticht en vele, zeer vele kinderen geboren. Die omvangrijke geboortegolf heeft tot op vandaag grote maatschappelijke gevolgen gehad. Opbouw van toekomst en stijging van welvaart gingen aanvankelijk hand in hand. Er was de hang naar zelfontplooiing, vrije moraal, maatschappijkritiek. En dat uitte zich o.a. in links protest en engagement, nieuwe muziek, emancipatie van de vrouw, homobewegingen, ontkerkelijking, bevraging van elke vorm van gezag – ook het ouderlijke gezag.
Nu zijn de meesten van onze babyboom generatie op pensioen en dat zorgt mede voor een sterk vergrijzende bevolking en een stijgende druk op de sociale zekerheid. Niet zelden krijgen wij van de generaties na ons, vooral de jongste, het verwijt nog steeds profiteurs te zijn en de belangrijkste veroorzakers van de klimaatverandering. Het is niet mijn bedoeling hier te onderzoeken of die kijk op onze generatie terecht is of niet. Maar ik zie wel dat jongeren nu een minder duidelijk toekomstperspectief hebben dan wij eertijds en dat ze in veel verscheidener samenlevingsverbanden moeten leven dan een gewoon gezin.
Daarmee is het woord ‘gezin’ gevallen.
Het is passend om daar vandaag iets over te zeggen. Pas in 1921 werd het feest van de Heilige Familie ingesteld als liturgische viering. De oorspronkelijke bedoeling was de visie van de kerk op huwelijk en vooral kroostrijk gezin te promoten. Maar die visie heeft precies in onze generatie, die ik daarnet heb besproken, zware klappen gekregen. Want na WO II keerde men niet terug naar het klassiek stabiele en hiërarchische gezinspatroon, maar men bouwde een gezin eerder op persoonlijke relaties en ontplooiing. Uiteraard speelde daarbij ook de economische factor een rol. Velen moesten met twee gaan werken om rond te komen of een bepaalde levensstandaard te bekomen of te behouden. Ikzelf heb het geluk gehad op te groeien in een doorsnee-klassiek gezin van vader, moeder en vier kinderen. Een rechtvaardige papa en een zorgzame mama. Goede pedagogen. Maar het was ook een modern gezin, waar de ouders hun liefde niet uitstortten over ons, hun kinderen, maar waar wij mochten delen in de liefde die zij voor mekaar hadden. Een gezin waar wij veel vrijheid en volle vertrouwen kregen om onze eigen weg te gaan. Dat hebben we ook gedaan. En zo kom ik nu aan het evangelie van vandaag.