Article header background
Terug naar overzicht
Dolf Niessen
image

Hemelvaart van de Heer

Een wonderlijk feest. De Schriftlezingen vandaag zeggen alle drie op een of andere manier, dat Jezus ten hemel is opgestegen of werd opgenomen. Moeilijke boodschap voor moderne oren. Toch zijn gedachten over hemelvaart niet zo zeldzaam als we misschien zouden denken. De antieke tijd van Grieken en Romeinen kende mythen over de hemelvaart van helden als Herakles en Romulus, opgenomen in de sfeer van de goden.

Ook de Hebreeuwse Bijbel kent verhalen over hemelvaarten, zoals van Henoch (“Henoch richtte zijn schreden naar God: zo kwam het dat hij verdween, omdat God hem opnam” Gen. 5, 24), en van de profeet Elia (het bekende verhaal van de wagen en paarden van vuur: 2 Kon. 2, 11). De Islam kent ook een hemelvaarttraditie: de profeet Mohammed is op een gevleugeld muildier, vanaf de tempelberg in Jeruzalem ten hemel opgevaren om zich te onderhouden met Allah en alle eerdere profeten.

Gen.

5, 24

“Henoch richtte zijn schreden naar God: zo kwam het dat hij verdween, omdat God hem opnam”

Hemelvaartverhalen vertellen hoe belangrijke mensen op bijzondere wijze in de hogere aanwezigheid van God of de goden zijn geleid.

Als ik moeite heb met de gedachte van een hemelvaart, dan kan ik denken aan symbolisch taalgebruik. En dat is niet af te doen als puur fantasie of primitief. Symbolisch taalgebruik kan iets aanduiden van een onzegbare, onuitsprekelijke werkelijkheid. Benadering ervan vraagt bijzondere aandacht. Dit taalgebruik is zoals alle symboliek vaak niet direct te verstaan. Maar zonder symbolen kunnen wij niet.

De traditie om Hemelvaart te vieren dateert uit de vierde eeuw. Dan begint men de 40ste dag van Pasen te gedenken. Hemelvaartsdag wordt een speciaal accent in de vreugdevolle paastijd: niet de 40ste dag na Pasen, maar de 40ste dag van Pasen. In de 5de eeuw is het feest ingeburgerd in de christelijke gemeenschap.

Onze viering vandaag begint met het Lukasverhaal uit het boek Handelingen. Van Lukas komt het bijbelse veelzeggende getal 40. Aan het begin van zijn tweede boek heeft Lukas het hemelvaartverhaal nodig als afsluiting van een tijdperk. Zijn eerste boek ging over Jezus. Wat Hij gezegd en gedaan heeft. Zijn leven onder ons, zijn passie en verrijzenis. Zijn tweede boek Handelingen schrijft Lukas over de tijd na Jezus, de tijd van de Geest en de kerk, de tijd van ons. Heb vertrouwen, zegt Lukas: de Heer zal voor altijd bij ons blijven, niet zoals toen, wel op een nieuwe manier. In Zijn Geest. En wij zullen steeds meer getuigen worden, tot aan de uiteinden van de aarde. Ons paasgeloof zet ons aan om te gaan doen. De velden staan wit van de oogst.

Dat klinkt ook bij Marcus. De latere toevoeging aan zijn evangelieverhaal beschrijft enkele van Jezus’ verschijningen na zijn verrijzenis en zijn opdracht tot verkondiging. Aansluitend staat er één zin over hemelvaart: Nadat de Heer Jezus aldus tot hen gesproken had, werd hij ten hemel opgenomen en zit Hij aan de rechterhand van God. En in één adem voegt de auteur er aan toe: Maar zij trokken uit om overal te prediken en de Heer werkte met hen mee en schonk kracht aan hun woord. - Hij daar en wij hier, maar nooit zonder Hem.

Dat is als een afsluitende gedachte die een duidelijk accent van ons paasgeloof lijkt. Wij zijn op weg, en onderweg verbonden met de levende Heer.

Dan is er vandaag ook nog de brief van Paulus aan de christenen in Efese. Paulus probeert iets van zijn eigen paasgeloof over te brengen aan zijn mensen. Hij gebruikt daarvoor een psalm. Een van de moeilijkste psalmen. Psalm 68 tekent een soort zegevierende legeroptocht: Tienduizend wagens had God, duizenden boogschutters had God. De Heer is in hun midden, op de Sinai. U bent opgestegen, God, U hebt gevangenen gemaakt en schatting gevorderd van de mensen, zelfs van de opstandigen, om U daar te vestigen, Heer God.

En dat beeld uit de psalm van de opstijgende God, gebruikt Paulus voor zijn bemoediging: De Heer is opgevaren naar de hoge, Hij heeft gaven gegeven aan de mensen. Paulus legt de nadruk op Jezus Christus, die verrezen is en ten hemel opgevaren. Hij leeft in een nieuwe werkelijkheid. Dat betekent voor ons de voltooiing van alles. En het is voor ons ook de basis van de getuigende gemeenschap van gelovige mensen. Want van Hem komen alle gaven in de kerk, zegt Paulus, nodig voor onze verkondiging in deze wereld.

Zo staan er vandaag in ons midden drie geloofsgetuigen: Lukas, Paulus en Marcus. En alle drie proberen ons vandaag te bemoedigen en te inspireren. . Ieder op zijn eigen manier. Ze zeggen: weet wat wij echt geloven: Hij is verrezen op de derde dag volgens de schriften. Hij is opgevaren ten hemel: Hij zit aan de rechterhand van de Vader. Beeldspraak misschien, symbooltaal. Als een droom, een visioen. Maar het gaat wel over een werkelijkheid, onvoorstelbaar, onzegbaar. Die drie bemoedigen ons hier: ga op weg in vertrouwen dat je altijd verbonden bent met Hem, die leeft.

Zo brengt het feest van hemelvaart ons terug naar onze eigen werkelijkheid van pelgrims, samen onderweg.