Article header background
Terug naar overzicht
Stefan Mangnus
image

Pinksteren

Het evangelie van vandaag wordt gekleurd door een aantal woorden met een juridische klank. Zo wordt de heilige Geest parakletos genoemd. Het staat vertaald als ‘Helper’, maar in het Grieks roept het associaties op met rechtsbijstand: iemand krijgt een advocaat. Van die Geest wordt gezegd dat het de Geest van waarheid is, en dat zij getuigt over Jezus Christus. Ook dat zijn juridische woorden: er wordt getuigenis afgelegd en het gaat om waarheidsvinding, het doel van iedere rechtszaak. Er lijkt een proces te worden gevoerd

Kan het beeld van een proces voor ons iets betekenen? Is er in onze wereld een geding gaande, een proces over de waarheid over Jezus Christus? Ik denk het wel, op verschillende manieren. Allereerst zijn er gebieden in de wereld waar het bij wet verboden is om christen te zijn, en waar je vervolgd kunt worden als je je christelijk geloof hardop belijdt. Het zijn er misschien niet zo veel, maar ze zijn er wel.

In onze cultuur zijn we daar ver van verwijderd, gelukkig: we kunnen ons geloof in alle vrijheid belijden. Bij ons lijkt een ander soort proces aan de gang: een proces van waarheidsvinding over de vraag of we Jezus Christus God zelf ontmoeten, of dat hij alleen een goed mens was met een tragisch levenseinde. En daaronder de vraag of het überhaupt mogelijk of zinvol is om zo’n vraag te stellen. Hoe we de persoon van Jezus moeten verstaan, en of het überhaupt zinvol is om je in hem te verdiepen: de jury is er in onze samenleving nog niet over uit.

Spannender dan het sociologische proces is de geloofsvraag binnen de kerk, en nog dichterbij, in onze eigen ziel. Ook daar kan het gebeuren dat er twijfel opkomt: zou het allemaal echt ergens op slaan? Dan wordt er een geding gevoerd tussen geloof en ongeloof in onszelf. Als zo’n proces in ons begint, kun je proberen het weg te duwen: “Ik mag niet twijfelen!” Je kunt proberen met geweld de twijfel op afstand te houden. Niet alleen werkt dat meestal niet lang, het is ook niet de goede manier: Wie twijfel in zichzelf met geweld te lijf wil gaan, wil dat misschien ook met twijfel buiten zichzelf, en dan gaat het geloof van binnenuit stuk: geloven is een zaak van liefde, en dus van vrijheid. Beter is het dan om het uit te houden, zolang als het geding in ons duurt, en het moment af te wachten waarop er een uitspraak kan komen.

Stefan Mangnus

dominicaan

“Op Pinksteren vieren we dat de Heilige Geest onder ons aan het werk bezig is met dat getuigenis, dat zij ons lokt naar de waarheid toe.”

Er is een rechtszaak aan de gang: Wie is Jezus Christus? De Heilige Geest is in deze zaak getuige. De Geest legt getuigenis af dat Jezus de ware is: de Zoon van God, Gods mensgeworden liefde. Dat getuigenis is ons ter ore gekomen: de Heilige Geest fluistert het ons in. Meestal gebeurt dat door andere mensen. Als je mensen vraagt waarom ze geloven, dan hoor je vaak verhalen over een ander die een inspiratie was: een leraar of lerares op school, een ouder of grootouder, een vriendin die trouw bleef, ook in moeilijke dagen. Soms heeft iemand in het eigen gezin ervaring opgedaan van Gods liefde, en is er de dankbarheid daarvoor. Het getuigenis van anderen kan de balans van de weegschaal dan laten doorslaan naar geloof, dat zwaarder weegt dan de twijfel en het ongeloof.

Wie dat gebeurt, wordt zelf een getuige: “De Geest zal over mij getuigenis afleggen; en ook jullie moeten getuigenis afleggen” (Joh 15, 26-27) Dat getuigen gebeurt op veel manieren. We denken vaak meteen aan straatpredikers, maar er is zo veel meer: dat iemand op je werk spot met je geloof, en je in alle eenvoud kunt antwoorden: “Toch is het voor mij belangrijk.” Of het geloof dat in daden zichtbaar wordt: er wordt een mens in nood geholpen. Of wanneer iemand het uithoudt met een ander die langdurig ziek is, contact blijft houden, aandacht blijft bieden.

Op Pinksteren vieren we dat de Heilige Geest onder ons aan het werk bezig is met dat getuigenis, dat zij ons lokt naar de waarheid toe. Waar dat gebeurt, komen we in de sfeer van de waarheid terecht. In de evangelielezing klinkt het: “Hij zal jullie binnenleiden in de volle waarheid” (Joh 16,15). De ‘volle waarheid’ is de waarheid van God die niets voor ons achterhoudt, die zichzelf helemaal aan ons te kennen geeft. Dan gaat het niet om allerlei leerstellingen, maar om de waarheid die Christus is. Wie in zijn waarheid komt, gaat zich aan hem toevertrouwen, en gaat hem navolgen. En wie hem gaat navolgen, raakt thuis bij hem. Dan kun je tot de conclusie komen: Ik kan niet meer buiten hem om. Ik geloof dat ik van hem houd, als van een vriend.

Aan het einde van het evangelie van vandaag staat: “Zo wordt Jezus verheerlijkt in de Geest” (Joh 16,14). ‘Verheerlijken’ betekent iemand hooghouden, zijn gewicht laten tellen. Wie de Geest in zich laat werken en met Jezus gaat leven, gaat hem verheerlijken. Dan wordt ook de Vader verheerlijkt: tussen de Vader, de Zoon en de Geest is geen concurrentie, geen duwen om aandacht. Er is niets dat de Vader heeft en dat hij de Zoon niet gunt, of dat de Zoon heeft en hij niet aan de Geest geeft. God is de liefde die alles gemeenschappelijk heeft. In die liefde worden wij binnengevoerd als de Geest ons hart opent door het getuigenis van anderen dat ons raakt, en ons vervolgens tot getuigen maakt, op welke manier dan ook. Zo maakt gaandeweg de waarheid zich steeds meer van ons leven meester, en worden we gezuiverd, tot mensen die helemaal van de liefde geworden zijn. Dan kan de oude mens, ons egoïsme, nog wel weer eens tevoorschijn komen, maar wordt ook die oude mens meegenomen in de overgave aan de God die niks voor zichzelf privé wil hebben maar ons alles gunt, en voor alles: die ons zichzelf gunt.